Mobiliteit is een factor geworden die vastgoedprijzen beïnvloedt, die bepaalt waar we willen wonen en die effect heeft op onze levenskwaliteit. De nieuwe middelen van vervoer, zoals deelsteps, elektrische fietsen en deelauto’s, veranderen de manier waarop we ons verplaatsen. En zo hebben ze op hun beurt invloed op voorkeuren én prijzen van vastgoed.
Wie eigenaar wil worden, houdt meer dan ooit rekening met de nabijheid van winkels, van kinderopvang en scholen en van een goede verbinding met de werkplek. Het logische gevolg is dat stadscentra, waar alles dichtbij is, beter in de markt liggen en de prijzen van vastgoed er stijgen. De mogelijkheid om de fiets of het openbaar vervoer te gebruiken gaat integraal onderdeel uitmaken van het leef- en wooncomfort. Mensen verkiezen zelfs een centraal gelegen kleinere woning boven een grotere met een minder gunstige ligging. Sommigen willen zelfs meer betalen om centraal te wonen en te genieten van een betere mobiliteit.
Deelvervoer is in: van deelsteps, deelfietsen, deelauto’s tot deelscooters. Ze duiken op in meer en meer grote Belgische steden. Volgens Alexander D’Hooghe, professor in Urbanisme en Architectuur aan het MIT, staan we voor een echte omwenteling: “er wordt vanuit de kapitaalmarkt al meer dan 30 miljard euro geïnvesteerd in nieuwe vormen van vervoer. Dit astronomische bedrag zal de komende jaren alleen maar stijgen.”
Die nieuwe tendensen beïnvloeden niet alleen het verplaatsingsgedrag van de gebruikers van deze nieuwe vervoermiddelen, maar ook de keuze van hun woonplaats. Het is nog te vroeg om conclusies te trekken over de volle omvang hiervan, maar dat de impact ervan niet te onderschatten is, staat nu al vast.